Thursday, August 4, 2011

Donderdag 4 augustus, Victoria

De rit van Nanaimo naar Victoria vandaag is kort, slechts 100 km, en voert langs de kust van Vancouver Island tot onderin de punt van het eiland.
Halverwege gaan we naar Duncan, een stadje in de Cowichan Valley, dat zichzelf 'The city of totems' noemt. Sinds 1985 staan hier zo'n 80 totempalen, gemaakt door native artists uit de omgeving. We lopen een selfguided tour door het stadje om een groot deel van de totems te zien.


Dan verder naar Victoria, waar we weer rond 1 uur zijn. Ook hier kunnen we zonder moeite al de hotelkamer in. Opnieuw een Coast hotel met een gedeeltelijk uitzicht op de haven.
We nemen vanaf het hotel een watertaxi naar het centrum.


Victoria is de hoofdstad van British Columbia. Het is een geweldig mooie stad en doet erg Engels aan, met geschoren grasvelden, mooie bloembakken en stenen gebouwen in Engelse stijl.


We lopen de promenade langs de inner harbour, waar van alles te doen is. Straatartiesten, living statues, kraampjes met van alles en nog wat, muzikanten. Druk en heel gezellig.


In de haven liggen grote plezierjachten. Sommige zijn zo groot en luxe, dat we ons amper voor kunnen stellen dat die privébezit zijn.Ook hier vliegen de watervliegtuigjes af en aan, en gaan whalewatch-boten in grote aantallen de zee op.
We bekijken het kolossale Empress hotel, een van de oudste en beroemdste hotels in British Columbia, ingepakt in klimopplanten. Voor 60 dollar kun je hier een theepartijtje bijwonen, als je tenminste lang van te voren hebt geboekt. Helaas kun je het hotel niet van binnen bekijken, maar ook de buitenkant is al zeer de moeite waard.

Het parlementsgebouw is al even mooi en ligt schuin tegenover het hotel. Het is omgeven door grote  grasvelden met daarin kleurrijke bloemenperken en een mooie fontein.  Voor het gebouw staat een groot standbeeld van queen Victoria, naast een twee eeuwen oude cederboom van 30 meter hoog. Deze boom wordt beschouwd als de officiële kerstboom van British Columbia en in december met duizenden lichtjes versierd.

We lopen het oude stadscentrum in, waar het ene gebouw nog mooier is dan het andere. Op elke hoek van de straat zijn terrasjes die ook allemaal vol zitten. Mooie oude winkels vaak met speciale dingen, zoals oude boeken of bijzondere sigaren. Of een winkel met alleen maar kraaltjes, in alle kleuren en alle maten. 

Ook Victoria heeft een Chinatown, maar het is hier nog weer wat kleiner dan in Vancouver. Het is ontstaan in het midden van de 19e eeuw tijdens de goldrush. In Chinatown lopen we door de smalste straat van Canada, Fan Tan Alley. Vroeger een straat met gokhuizen en opiumverkopers, nu een Chinese winkel van sinkel die zo vol ligt met frutsels dat het je gaat dansen voor de ogen.
De kapper in Fan Tan Alley is geniaal. In de etalage staat een antieke kappersstoel te pronken, maar de stoelen waar de klanten nu in moeten zitten zijn toch zeker ook al antiek.

Na een Koreaanse maaltijd lopen we, heel langzaam want het is nog zo leuk, langs de haven terug naar het hotel. Het begint dan ook al te schemeren.
Twee dagen blog bijwerken en nagenieten van deze mooie dag.
Morgen is het de laatste dag, nog een keer terug naar Vancouver.

No comments:

Post a Comment