Thursday, August 4, 2011

Woensdag 3 augustus, Nanaimo

Na het tweede B&B-ontbijt in Tofino vertrekken we in de regen naar Nanaimo. Het is koud, nat en de omgeving ziet er somber uit. Benieuwd of het aan de andere kant van de bergen nu weer mooi weer is.
We moeten dezelfde 170 km terug naar de kustweg die langs de bovenkant van Vancouver Island loopt, andere wegen zijn er niet. En inderdaad, aan de andere kant van de heuvels breekt de zon door en krijgen we de 10 graden die we twee dagen geleden kwijtraakten, weer terug. T-shirt uit, hemd aan. Lekker.
Al rond 1 uur zijn we in Nanaimo bij het Coast Hotel. We mogen de kamer al in, een ouderwets grote kamer waar je lekker heen en weer kunt wandelen. Geen planken bedbodem, heerlijk! Het Coast Hotel ligt aan de haven, onze kamer kijkt uit over een deel ervan. In de verte zien we de houtvoorraden in het water liggen, voor ons vooral boten. Mooi. We  leggen onze spullen weg en gaan meteen de stad in.


Eerst naar het Bastion, het oudste bouwwerk van de stad. Het ligt tegenover ons hotel.Het is gebouwd in 1853 door de  Hudson Bay Company, om hun mijnwerkzaamheden te beschermen. Het gebouwtje heeft drie verdiepingen, waar tentoonstellingen te zien zijn over mijnbouw en bonthandel.


Hierna lopen we langs de haven, waar het een drukte van belang is. Watervliegtuigjes vliegen af en aan, van of naar Vancouver. Watertaxi's vervoeren mensen voor de kleinere stukjes, roeiverenigingen oefenen in hun kayaks of roeiboten en plezierjachten en zeilboten komen en gaan.


We lopen naar de pier voor de krabvissers. Hele gezinnen staan hier krabben te vangen. Na een uur kijken zijn we helemaal bijgepraat, en weten we hoe het werkt. In speciale kooien worden een of twee kippenpoten gehangen. De kooi zit met een touw vast aan de kade en wordt dan het water ingezwiept.


Na een minuut of tien wordt de kooi opgehaald om de oogst te bekijken. Met wat gedoe worden de krabben eruit gehaald en  opgemeten met een speciaal liniaaltje onder het toeziend oog van de andere vissers.

Vervolgens worden de vrouwen en kinderen teruggegooid in het water en de mannen opgeslagen in een emmer. De krabben worden gebruikt voor het maken van krabsalades.


Grappig om te zien dat de vissers een kilo kip nodig hebben om een paar krabben te vangen!
Aan de andere kant van de pier zwemt een vrijwel tamme zeehond heen en weer. 's Middags heet het beest Lucy, en als we 's avonds terugkomen is het McKinsey. Zelfde zeehond. De zeehond wordt gevoerd met stukjes kip of vis, en komt er zelfs een heel eind voor uit het water.

We lopen van de pier af het oude centrum in. Veel galerietjes, barretjes en cadeauwinkels, maar ook veel leegstaande panden. Het doet een beetje gekunsteld aan, alsof  het de bedoeling was dat dit the place to be moest worden. Dit is niet zo gelukt.
's Avonds eten we fish and chips op een boot in de haven. Vette meuk, lekker, maar onwijs prijzig. Eigenlijk is het gewoon cafetariavoer, alleen vijf keer zo duur als in Nederland. Maar de ambiance was in elk geval goed ;)

En dan nog een keer naar de krabbenvangerspier. Het is inmiddels schemerig en de vissers gooien hun laatste kippenpoten de lucht in voor de meeuwen. Als er ook een eagle komt kijken, wordt die onder luid geschreeuw van de meeuwen het territorium afgejaagd. En de zeehond heeft inmiddels zoveel te eten gehad dat die zijn neus optrekt voor de kippenpootjes.

No comments:

Post a Comment