In Calgary zagen we ze op afstand, vandaag trekken we
ernaartoe: de Rocky Mountains. We gaan op weg naar Banff. We kiezen voor de
toeristische route in plaats van de snelweg. Al snel rijden we door een
fantastisch berglandschap, met watervalletjes en weiden vol bloemen. We volgen
de Bow River, een turquoise rivier die zijn oorsprong heeft op de Bow gletsjer
en zich samenvoegt met andere rivieren om zo in de Hudson Bay te eindigen. Langs
de rivier loopt een spoorlijn waar enorme goederentreinen overheen gaan: vijf
locomotieven en vaak meer dan 150 wagons met dubbele containers erop.
Onderweg komen we een farmer’s market tegen. Kraampjes met gehaakte spullen, kunstnijverheid, sieraden, zelfgemaakte etenswaren etc. Achter een grote groentekraam staan Amish-like mensen. Mannen met ringbaarden en een strohoedje, vrouwen in lange blauwe jurken met zwarte kousen en een zwart kapje op het hoofd. Het blijken huttenrieten te zijn, een aan de Amish verwante groep mensen. Traditioneel waar het kan, maar wel gebruikmakend van elektriciteit en auto’s, in tegenstelling tot de Amish.
Zo’n 20 km voor Banff ligt Canmore, dat voor een belangrijk
deel uit hotels bestaat. In het Visitor Center halen we informatiefolders over
Banff National Park en we zijn niet de enigen. Wat een drukte hier. We
besluiten de hike naar de Three Sisters te lopen, een wandeling van zo’n 5
kilometer naar een punt waar je deze drie bergen het best kunt zien. Echter, de
parkeerplaats is vol en in de omgeving is geen plek te vinden. Hopelijk is dit
geen voorbode voor de rest van onze dagen in de Rocky Mountains.
We rijden dus maar door naar Banff; via de snelweg want
alternatieve routes zijn er niet. Een paar kilometer voor Banff moeten we een
keus maken: de rijbaan voor ‘National Parks Permitholders’ of de lange rij voor
‘Buy your National Park Pass’. We hebben voor de vakantie een pas van Thé en
Jeannette gekregen die hier in mei waren. Het ding hangt keurig aan de spiegel,
geldig tot mei 2019, maar …. er staat een handtekening van Thé op en de pas is volgens
de regels op de achterkant ervan niet overdraagbaar. We kiezen de rij ‘permitholders’
en sluiten dus niet aan in de ellenlange rij van auto’s die allemaal een pas
moeten aanschaffen. We kunnen ons overigens niet herinneren dat we in 2011 een
pas hebben gekocht en weten evenmin nog of er toen toegangshuisjes stonden
zoals bij de Amerikaanse parken. We gaan het meemaken deze weken!
Ook in Banff is het afgeladen vol. Met moeite vinden we een
parkeerplek bij de enige supermarkt die er is en halen wat te eten voor de
komende dagen. We checken in bij Banff Mountain Resort, zo’n 3 km van het
centrum van Banff. De keus voor een upgrade naar een cabin met keuken en
terras is snel gemaakt, want we zijn hier drie nachten. Het is een wat oude cabin,
maar de plek is prachtig. Uitzicht op de bergen en squirrels die letterlijk uit
alle hoeken en gaten komen.
We rijden de Minnewanka Lake trail, een mooie weg door de
bergen. Bij een van de uitzichtpunten raken we in gesprek met een Texaan die
aan het Canadese spoor werkt. Hij vertelt hoe blij hij is juist nu in Canada te
zijn: ‘Back home it’s more than 40 degrees.’ Daar weten we alles van sinds onze
reis door Texas van vorig jaar! Hoewel, ook in Canada is het warm, elke dag zo
rond de 30 graden. Maar deze hitte is anders dan in Nederland, minder
benauwd.
Een eindje verder, bij Lake Johnson, is een kleine ligweide. Goed geregeld hier in Canada is dat bij alle meertjes waar mensen recreëren ook omkleedhokken, toiletten, picknicktafels en vaak ook barbecues staan. In Lake Johnson wordt gezwommen (koud!), geroeid, gekanood en gepeddeld. Helaas hebben we geen lighanddoeken bij ons, maar gelukkig zijn er nog twee volle dagen te gaan hier.
Met het busje van het hotel gaan we ‘s avonds naar Banff om te eten bij The Old Spaghetti Factory. (Goed dat we ’s middags al gereserveerd hadden, want de wachttijd bedraagt een uur.) Dit restaurant met de prachtige tiffany lampen en donkerrode vloerkleden kenden we nog van 2011. De kwaliteit van het eten nam in onze herinnering met de jaren bijna mythische vormen aan J en zelfs na vier jaar Librije kooklessen is het eten er prima.
Net als in de VS zijn de Canadezen niet van het lange
tafelen. Binnen een uur heb je drie gangen gehad en staat de waitress klaar met
de pinautomaat. Standaard staat de pinautomaat op een fooi van 20 %. Terwijl de
dame staat te wachten, zit je als klant dus te hannesen met het verlagen van
dit percentage naar bv. 10 %, ook al een beste fooi!
Het maffe is dat in restaurants geen extra taxes worden
geheven, zoals in veel winkels en in alle hotels. Canada telt maar liefst drie
verschillende taxes in hotels, waardoor de prijs die je van tevoren had gelezen
alsnog behoorlijk kan oplopen. Het blijft een raar systeem met fooien en
belastingen.
No comments:
Post a Comment